Ondersteunde opleidingen:
Van kleuteronderwijs tot vakopleidingen
Kansarme kinderen op de schoolbank zetten, houdt meer in dan hen te voeden met kennis. Het is een doeltreffende manier om de vicieuze cirkel van armoede te doorbreken. Een kind kan zijn of haar toekomst in eigen handen nemen en zo wordt niet alleen het kind, maar vaak ook de familie en gemeenschap van zo’n kind geholpen. Cunina biedt in al haar partnerlanden ondersteuning voor zowel lager als middelbaar onderwijs en waar mogelijk ook kleuteronderwijs en ondersteunde vakopleidingen.
Kleuteronderwijs
Goed kleuteronderwijs zorgt volgens verschillende rapporten van VN-kinderrechtenorganisatie Unicef voor meer gendergelijkheid, werkt de opgelopen achterstand van kansarme kinderen weg en zorgt voor meer slaagkansen in het lager en middelbaar onderwijs.
Kleuteronderwijs
Cunina & kleuteronderwijs
In lage-inkomenslanden is slechts een op vijf jonge kinderen ingeschreven in het kleuteronderwijs. Daarom laten ook wij bij Cunina kinderen al op zeer jonge leeftijd kennismaken met onderwijs, zodat hun kansen om te ontsnappen aan kansarmoede aanzienlijk verhoogd worden.
Lager en middelbaar onderwijs
Schokkende cijfers! 78 miljoen jongens en meisjes gaan helemaal niet naar school. Dat maakte António Guterres, secretaris-generaal van de VN, bekend in februari 2023. Het gaat vooral over ontheemden die op de vlucht zijn voor oorlog of klimaatverandering. Nog eens tientallen miljoenen kinderen genieten slechts sporadisch onderwijs.
Lager en middelbaar onderwijs
Cunina & lager en middelbaar onderwijs
In september 2022 toonden cijfers van UNESCO dan weer dat wereldwijd 244 miljoen kinderen en jongeren niet aan een nieuw schooljaar zouden beginnen. Nochtans werd het fundamenteel recht op kwaliteitsvol onderwijs opgenomen in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (1948). Cunina tracht dit recht voor zoveel mogelijk kinderen waar te maken. In onze partnerlanden Nepal, Oeganda, Zuid-Afrika, de Filipijnen, Haïti, Brazilië en Peru is basisonderwijs in principe gratis, maar in de praktijk moeten ouders vaak wel allerlei extra kosten ophoesten die ze met moeite of helemaal niet kunnen betalen. Zo moeten ze onder meer betalen voor een schooluniform, schoolboeken en schrijfgerief. Kwalitatieve privéscholen zijn nog veel duurder. Ouders met weinig geld kunnen zich dit al helemaal niet veroorloven. Aangezien het secundair onderwijs nog meer kosten met zich meebrengt, is dit voor velen helemaal niet te betalen.
Dankzij het Cuninapeterschap worden de schoolkosten van onze petekinderen volledig of gedeeltelijk vergoed. In landen als Peru en de Filipijnen bijvoorbeeld is de maandelijkse peterschapsbijdrage meestal onvoldoende om alle kosten te dekken. De ouders moeten in dit geval zelf nog bijdragen. In het binnenland van Haïti of Zuid-Afrika daarentegen kunnen we wel alle schoolkosten betalen en blijft er maandelijks geld over. Dit restgeld gebruikt Cunina voor de financiering van educatieve projecten in haar partnerscholen.
Ongeveer zeventig procent van onze petekinderen zijn meisjes. Deze positieve discriminatie is nodig om het evenwicht tussen jongens en meisjes op school te herstellen.
Hoger onderwijs
Het financieren van een hogere opleiding is vaak een pak duurder en allesbehalve vanzelfsprekend.
Als een petekind na het afronden van de middelbare school heel graag wil verder studeren, moet er dus grondig bekeken worden wat de mogelijkheden zijn.
Hoger onderwijs
Cunina & hoger onderwijs
De peterschappen van Cunina lopen in principe tot en met het middelbaar onderwijs. Getalenteerde petekinderen de kans geven om daarna nog een hogere opleiding te volgen is vooral een kwestie van maatwerk. Diverse factoren spelen hierbij een rol. De belangrijkste is natuurlijk de kostprijs van de studie die de jongere wil volgen. Maar het is ook essentieel dat de jongere in een regio blijft waar hij of zij kan opgevolgd worden door een Cuninaverantwoordelijke ter plaatse.
Er zijn peetouders die de hogere studies van hun petekind absoluut willen betalen en naast hun maandelijkse bijdrage extra giften naar Cunina storten. Maar het is vanzelfsprekend dat niet alle peetouders hiervoor de nodige financiële middelen hebben. Het cuninastudiefonds in dan ook meer dan noodzakelijk om studenten, die zonder steun gedoemd zijn om hun talenten niet te kunnen ontwikkelen, de kans te geven hun dromen waar te maken.
Wil jij een student steunen bij het volgen van een hogere studie met een vrijwillige bijdrage? Dat kan door een gift te doen.
Vakopleidingen
Wie een vak beheerst, kan een beroep uitoefenen. En dat maakt vaak het verschil in een kansarme regio.
Vakopleidingen
In heel wat regio’s waar Cunina actief is, is de kansarmoede zo groot en het onderwijsniveau zo laag dat jongeren na de lagere school hun heil gaan zoeken in de grote stad. Soms om een baan te zoeken, in andere gevallen om er een opleiding te volgen. Er zijn ouders die hun laatste geld uitgeven en zelfs leningen aangaan om hun kind te laten studeren. Soms lukt het een kind om af te studeren en werk te vinden. Helaas kennen we bij Cunina evenveel verhalen van ouders die compleet blut achterbleven, terwijl het kind geen goede resultaten behaalde of halverwege de opleiding moest stoppen omdat het geld op was. Jongeren die vluchten naar de stad op zoek naar een beter leven, belanden hierdoor meestal in een uitzichtloos bestaan van slecht betaald werk.
Om deze vlucht van jongeren naar de stad tegen te gaan, organiseert Cunina ondersteunende vakopleidingen. De vakopleidingen kiezen we op basis van de behoeften en mogelijkheden in de regio. Samen met de plaatselijke gemeenschappen overleggen we welke opleidingen de meeste kans van slagen hebben. In Oeganda en Zuid-Afrika worden deze geïntegreerd in het lessenpakket van alle leerlingen, zodat iedereen kan profiteren van deze extra mogelijkheid om de kans op werk te vergroten.
In Nepal is het mogelijk om de voortgezette vakopleiding catering te volgen. Zo krijgen jongeren, die hun middelbaar met succes hebben afgerond, de kans om verder te studeren en een certificaat te behalen zodat ze klaar zijn om een beroep uit te oefenen. Ze vinden dan makkelijker een baan dichter bij huis of kunnen aan de slag als kleine zelfstandige waardoor stadsvlucht wordt tegengegaan.