Noodhulp: corona

Tijdens de coronapandemie zakten onze partnerlanden verder weg in nog diepere armoede. Onze petekinderen dreigden hierdoor helemaal in het vergeethoekje te belanden. Met noodhulp probeerde Cunina haar petekinderen en hun families te steunen.

Hartverscheurende beelden van kinderen die op zoek waren naar etensresten op vuilnisbelten bereikten ons via onze peterschapsverantwoordelijken reeds vroeg in de pandemie. In Peru werden veel ouders van onze petekinderen vrijwel meteen werkloos. Ze kregen weinig tot geen steun van de overheid waardoor er honger werd geleden. Voedselhulp werd dan ook onze prioriteit. Ook in de favela’s van ons partnerland Brazilië kreeg de al zo straatarme jeugd het nog harder te verduren. Velen zagen geen uitweg meer. Daarom deelden we voedselpakketten uit in de Filipijnen, Peru, Brazilië en Nepal. Voor onze Peruaanse en Filipijnse petekinderen voorzagen we ook schoolpakketten.

In Sankhuwasabha, het district waar Cunina haar werking heeft, is er slechts één ziekenhuis en geen afdeling intensieve zorgen. En dat voor een bevolking van 159.000 inwoners. Daarom kochten we 5 ic-bedden aan en betaalden we het loon van een anesthesist. Met deze noodhulp op maat trachtten we in te spelen op de hoogste noden. Dankzij de giften van onze peetouders en partners konden we een klein beetje verlichting in een gitzwarte situatie brengen.